Variëteiten en curiositeiten
Vooreerst: wat is het verschil tussen beide?
- een variëteit komt op ieder vel van die plaat terug op dezelfde plaats, door een foutje of variatie in de drukplaat.
- een curiositeit daarentegen komt niet steeds op elk vel terug, maar vaak op slechts enkele zegels van een vel, bv door een onzuiverheid tijdens het drukken of door een verschuiving.
Met lichtloupes en vergrootglazen gewapend, bestuderen we vellen en postzegels om deze theorie in de praktijk te zoeken en te bestuderen.
Wat we nog kunnen ontdekken:
- een harmonicaplooi is ook een curiositeit, waarbij het papier geplooid zat tijdens het drukken
- een vervalsing is geen variëteit: zo zijn de gesloten ‘q’s van Belgique bij de reeksjes 126 en volgende, vervalsingen.
- Een ‘Halo’ is geen drukfout in Hallo, maar een witte vlek op de zegel, soms met een gekleurd puntje. Het is een curiositeit door een onzuiverheid op de plaat.
- Een ‘kleurboord’ is dan weer een bladboord die verschoven is tot in de tanding
- Als je een eerste jacht wil maken op curiositeiten en variëteiten, kan je misschien de reeks van Leon Houyoux nrs 190-210 eens bestuderen of de eerste reeks van de heraldiekjes nrs 276-288. Door hun grote oplagen bevatten ze immers een schat aan foutjes.
- Het blokje van de muziekkapel bevat vaak dezelfde variaties in de gewone uitgifte (blok 13 en 14) als in de privé-uitgifte (privé45 en 46). De privé-uitgifte kan je herkennen aan de perforatie in de zegel en het nummer onderaan, bovendien zie je op de kolzijde van de postfrisse blokjes een stempel staan