Hoe postaal materiaal bevestigen?

scharniertjes

De goedkoopste manier om je zegels te bevestigen op je albumblad is wellicht met scharniertjes.  Dit kan wel alleen met afgeweekte zegels, dus zonder gomlaag aan de achterkant. Anders ga je deze gomlaag beschadigen.

Scharniertjes zijn kleine voorgevouwen kleefpapiertjes. 

- Het kleinste deel van het scharnier maak je aan de buitenkant lichtjes nat met je tong. Daardoor gaat dat stukje kleven. Kleef dit aan de achterkant van je zegel, juist onder de tanding, zodanig dat het grote flapje naar beneden hangt.

- Bevochtig met je tong dan het onderste deel van het lange flapje en kleef zo je zegel op een zwart kartonnetje.

- Snijd nu met een snijmachine alle zwarte randjes rondom de postzegel even groot.

- Nu kan je met een pincet voorzichtig voelen of de zegel niet aan het kartonnetje kleeft.

- Je kan nu nog steeds voorzichtig de zegel naar boven klappen om de achterkant van je zegel te controleren of er geen beschadiging is.

Achteraf kan je indien nodig heel voorzichtig de zegel nog verwijderen van het kartonnetje en van het scharniertje, zonder echte beschadiging van je zegel te veroorzaken. Voorzichtigheid blijft wel zeker nog geboden.

Nb. In Nederland geeft men de voorkeur aan witte achtergrond in plaats van de zwarte kartonnetjes. Dan kan je de zegel met het scharniertje rechtstreeks op je albumblad kleven.

 

kristalstroken

Een stuk makkelijker wordt het met kristalstroken. Je hebt er verschillende hoogtes, zodat je de best passende hoogte kan gebruiken om je zegel in te steken.

Er zijn ook verschillende kleuren. De meest bekende zijn de zwarte achtergronden, maar je kan ook volledig doorschijnende gebruiken.

- Klap het bovenste doorschijnende deel van de klemstrook open

- Leg je zegel nu in de klemstrook met de onderkant goed aansluitend op de gesloten rand van de klemstrook. Stop de zegel steeds recht in de klemstrook zodat deze er niet uitvalt bij het ophangen (dit gebeurt als je hem zijdelings in de klemstrook stopt).

- Snij nu de randen met de snijmachine gelijk. 

- Lik met je tong een stukje aan de achterkant van de klemstrook en je kan je zegel zo mooi op je albumblad kleven

- Als hij zo niet goed blijft kleven, kan je eventueel een plakstift of fotoklever gebruiken.

Ook kleine poststukken kan je op deze manier bevestigen.

Voor grotere stukken bestaan er ook wel aangepaste klemstroken, maar dan  kan je misschien makkelijker  fotohoekjes gebruiken.

 

fotohoekjes

Voor grotere poststukken en postwaardestukken gebruiken we makkelijkst zwarte kartonnetjes als achtergrond en bevestiging met fotohoekjes. Zo beschadig je je postaal materiaal het minst en achteraf kan je het steeds makkelijk verwijderen van je albumblad als je je verzameling wil hermaken.

 

 

verduiken

Wanneer gaan we een stuk moeten verduiken?

Soms heb je een mooie kaart of enveloppe of FDC.  Doch voor je verzameling telt enkel de postzegel en de stempel.  Hoe mooi de rest van de enveloppe ook is, filatelistisch noemen we dit bladvulling, wat je toch zoveel mogelijk moet vermijden.  Als je wil vermijden dat je de kaart of enveloppe moet stukknippen, kan je gaan verduiken.

Hoe ga je te werk?

1. Zie eerst in je bladschikking waar je de zegel met stempel wil laten zien.  Je moet immers nog ruimte hebben om aan de achterkant de rest van je enveloppe te verstoppen zodat ze niet aan de linker- of onderkant van je blad komt piepen.  Kleef je enveloppe of kaart met fotohoekjes op een zwart kartonnetje

2. dan komt het eerste meetwerk: meet je ‘poststukje’ (zegel + stempel) af en doe er nog in lengte en hoogte minstens 1 mm bij.  Zo groot moet je insnijding straks worden.

Dus stel dat je poststukje 4.8cm hoog is en 6.3cm lang, dan moet je insnijding 5 cm hoog en 6.5 cm lang worden.  

3. meet dan op je blad waar je insnijding moet komen.  Houd rekening met de bladrand.  

Dus stel dat je poststukje 2 cm van de bladrand moet komen, meet je voor de lengte 6.5cm + 2cm = 8.5cm. Je insnedelijn kan je dan met potlood trekken van 8.5cm van de bladrand tot 2 cm van de bladrand.  Let wel dat je mooi horizontaal een rechte lijn trekt. (kan je eventueel ook meten vanaf de boven- of onderkant van je blad.

4. Meet enkele cm hoger ook diezelfde 8.5cm en zet er een stipje.  Dan kan je nu je verticale insnedelijn tekenen van 5 cm hoog.

5. Nu nog je snijplank onder je blad leggen en met een breekmes je 2 insnedelijnen doorsnijden.  Je kan voor de zekerheid tegen een lat snijden zodat je zeker recht blijft.

Nu heb je een grote winkelhaak in je blad waartussen je je enveloppe kan schuiven waardoor enkel het ‘poststuk’ zichtbaar wordt.  We missen echter nog 2 zwarte randjes.

6. Kleef nu aan iedere insnederand een zwart reepje aan de achterkant van je blad, zodanig dat je nog 1mm zwart randje aan de voorkant laat piepen.

Als je nu je enveloppe terug in de winkelhaak schuift, zie je 4 zwarte randjes rond je poststukje.

7. Kleef nu met fotohoekjes je enveloppe goed vast zowel in de rechterbovenhoek aan de voorkant van je blad, als in de andere hoeken aan de achterkant van je blad.

 

Denk erom: oefening baart kunst!

Dus:

Postzegels: 

bevestigen met scharniertjes op kartonnetjes of in klemstrook.

 

Poststuk: 

ofwel in klemstrook, ofwel met fotohoekjes.

Als je het poststuk niet in zijn geheel wil laten zien, en toch ook niet wil verknippen, ga je verduiken

 

Postwaardestuk:

Met fotohoekjes op kartonnen achtergrond

Een postwaardestuk nooit verknippen of verduiken, wel steeds in zijn geheel laten zien.

Een postwaardestuk waarbij je de beeltenis van de voorkant wil laten zien: kopieer de achterkant met zegelbeeld in zwart-wit, of scan het in, verklein en druk af in kleuren. Knip uit de afdruk het zegelbeeld met eventueel het stukje waarop staat dat het een postwaardestuk is, en kleef dit, naast het postwaardestuk op je albumblad.

Postwaardestuk met beeltenis op de voorkant